Kennisbank

Schijnzelfstandigheid bij zzp'ers en de Belastingdienst

Samenwerkende, lachende collega's

De overheid maakt zich vaak zorgen over schijnzelfstandigheid bij zzp'ers. Maar wat wordt daar precies mee bedoeld? Schijnzelfstandig betekent heel simpel gezegd dat je een zelfstandig ondernemer (zzp’er) lijkt, maar het niet bent volgens de Belastingdienst. Een soort verkapt dienstverband dus. Een zzp’er – zelfstandige zonder personeel – bepaalt zelf wanneer hij werkt, op welke manier hij het doet en of hij het werk zelf uitvoert of uitbesteedt.

Waarom is schijnzelfstandigheid een probleem?

Als er sprake is van ondernemerschap dan hoeft de opdrachtgever geen loonbelasting en premies volksverzekeringen af te dragen en heeft de ondernemer recht op allerlei ondernemersaftrekposten waarvan de grootste de zelfstandigenaftrek is. Als iemand onterecht als ondernemer inkomstenbelastingen betaalt, dan kan de Belastingdienst geen loonbelasting en werknemerspremies innen.

Wanneer ben je volgens de Belastingdienst aan het werk in loondienst?

De Belastingdienst zegt dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst als aan drie voorwaarden is voldaan, echter een voorwaarde wordt door een rechter nauwelijks meer rekening mee gehouden:

1. de werkgever moet de werknemer een beloning betalen voor de verrichte arbeid;

2. de werkgever kan de werknemer bindende aanwijzingen en instructies geven over het verrichten van de arbeid op zodanige wijze dat sprake is van een ‘gezagsverhouding’.

3. de werknemer moet persoonlijk arbeid verrichten (iemand anders mag de opdracht niet doen). Deze voorwaarde is per 1 januari 2024 minder belangrijk geworden vanwege een uitspraak in het Deliveroo-arrest.

Als één van de eerste twee elementen ontbreekt is er geen sprake van een arbeidsovereenkomst zegt de Belastingdienst. Dus je hoeft maar 1 van bovenstaande 2 elementen uit te kunnen sluiten en dan kan de Belastingdienst al vinden dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst.

Hoe gaat de belastingdienst controleren?

Per 1 januari 2025 zal de Belastingdienst de Wet DBA weer gaan handhaven, overigens niet met terugwerkende kracht. De Belastingdienst heeft veel te weinig capaciteit om zzp'ers individueel te controleren. Het vermoeden is dan ook dat ze bij grote partijen die veel werken met zzp'ers, controle gaan uitvoeren. Mocht er dan iets niet goed zijn, waardoor gedacht wordt aan een verkapt loondienstverband, dan zal dit met het bedrijf besproken worden en gezocht worden naar een oplossing.

De Belastingdienst kijkt vooral naar de mate van gezagsverhouding. Vertelt de opdrachtgever waar, wanneer en hoe een ondernemer zijn werk moet doen, dan vindt de Belastingdienst dit reden genoeg om een loondienstverband te constateren.

Heeft de ondernemer zelf de vrijheid om de eigen uren in te delen, eigen werkdagen uit te kiezen en zelf te bepalen hoe de opdracht goed afgerond kan worden? Dan is er nauwelijks sprake van een gezagsverhouding waardoor de Belastingdienst waarschijnlijk ondernemerschap zal constateren.

De Belastingdienst heeft een Handhavingsplan opgesteld waarin ze aangeven hoe ze willen gaan controleren. Onderdeel van het Handhavingsplan is de perspectiefnota Arbeidsrelaties (pdf), waar in samenhang (met voorbeelden) uitleg wordt gegeven.

Overigens bekijkt de Belastingdienst per opdracht of er sprake is van schijnzelfstandigheid. Ze kijken niet naar het geheel van opdrachtgevers van een ondernemer.

Hoe kan je schijnzelfstandigheid opheffen?

Je kunt schijnzelfstandigheid op meerdere manieren opheffen, waarbij de laatste methode voor zzp'ers natuurlijk de voorkeur heeft:

  • De inhuurovereenkomst ontbinden (daarmee eindigt de arbeidsrelatie);
  • De zzp’er gaat in loondienst bij de voormalig opdrachtgever;
  • De zzp’er treedt in loondienst bij een andere organisatie (daarmee eindigt het zzp-schap), bijvoorbeeld via detachering;
  • De opdracht voldoet niet aan de eisen van loondienst. Dus er is of geen sprake van een gezagsrelatie, of geen sprake van een beloning voor verrichte arbeid. 

Wanneer geen gezagsrelatie?

Zoals hierboven al benoemd, is het belangrijk om aan te tonen dat er geen gezagsrelatie is. Hierbij is onder andere belangrijk dat:

  • De zzp’er geen aanwijzingen of instructies krijgt over de wijze waarop de opdracht wordt uitgevoerd;
  • De inhurende partij geen controle uitoefent en/of ingrijpt op het werk van de zzp’er gedurende de opdracht;
  • De zzp’er zelf de uren en dagen bepaalt waarop gewerkt wordt;
  • De zzp’er geen aanspraak kan maken op rechten die een werknemer wel heeft, zoals ziekteverlof, vakantiedagen, of pensioenvoorzieningen.
  • De zzp'er in eigen werkmateriaal investeert en geen dienst- en kantoormateriaal aanvaard van de opdrachtgever.

Daarnaast is het belangrijk de zzp'er de opdracht doet voor eigen rekening en risico, dit betekent dat:

  •  De opdracht een concreet resultaat heeft dat in de verklaring is omschreven;
  •  De opdracht een einddatum heeft waarop het eindresultaat beschikbaar is;
  •  De financiële risico’s voor extra werk liggen bij de ingehuurde zzp’er.

Deliveroo-arrest

Uit het Deliveroo- arrest is een lijst met punten te halen die volgens de Hoge Raad van belang kunnen zijn bij de beoordeling van de werkrelatie:

  1. de aard en duur van de werkzaamheden;
  2. de wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald;
  3. de inbedding van het werk en degene die de werkzaamheden verricht in de organisatie en de bedrijfsvoering van degene voor wie de werkzaamheden worden verricht;
  4. het al dan niet bestaan van een verplichting het werk persoonlijk uit te voeren;
  5. de wijze waarop de contractuele regeling van de verhouding van partijen tot stand is gekomen;
  6. de wijze waarop de beloning wordt bepaald en waarop deze wordt uitgekeerd;
  7. de hoogte van deze beloningen;
  8. of degene die de werkzaamheden verricht daarbij commercieel risico loopt;
  9. of degene die de werkzaamheden verricht zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen, bijvoorbeeld bij het verwerven van een reputatie, bij acquisitie, wat betreft fiscale behandeling, en gelet op het aantal opdrachtgevers voor wie hij werkt of heeft gewerkt en de duur waarvoor hij zich doorgaans aan een bepaalde opdrachtgever verbindt.

Wat doet ZZP Nederland?

ZZP Nederland heeft samen met andere belangenorganisaties een breed gedragen alternatief aangeboden, destijds aan minister Koolmees en zijn opvolgers, als alternatief voor de wet DBA.

Om met meer partijen tegelijk de strijd aan te gaan en met luidere stem de mening van de achterban van ZZP Nederland te horen, hebben wij het initiatief genomen voor Vereniging Zelfstandigen Nederland. VZN is het samenwerkingsverband tussen meerdere belangenorganisaties voor zelfstandig ondernemers; ZZP Nederland, Zelfstandigen Bouw, SoloPartners. VZN wil de stem van zelfstandigen beter laten horen, en streeft naar de verbetering van de positie van zelfstandig ondernemers op de arbeidsmarkt. De ideeën hierover staan in het Manifest van VZN (pdf): “Werken aan duurzaam zelfstandig ondernemerschap” 

Daarnaast is ZZP Nederland mede-initiatiefnemer van Zelfstandig Samen Ondernemen (ZSO). Wat een instrument op moet leveren om vooraf te toetsen of de opdracht, volgens ons, voldoet aan de criteria van zelfstandig ondernemerschap van de Belastingdienst.

Lees meer over Wet DBA

Probleem van alle tijden

Doordat schijnzelfstandigheid de overheid minder belastinggeld oplevert, wordt al tijden geprobeerd om schijnzelfstandigheid uit te bannen. ZZP Nederland wil ook dat schijnzelfstandigheid wordt aangepakt, omdat dat de echte ondernemers een slechte naam geeft.

Geschiedenis VAR en de wet DBA

De overheid had tot 1 mei 2016 de verklaring arbeidsrelatie (var) waarmee opdrachtgevers gevrijwaard konden worden van het betalen van loonbelasting en sociale premies. De VAR bleek fraudegevoelig, iedere ondernemer kon de gewenste antwoorden invullen om zo de gewenste VAR te krijgen. Daardoor was de VAR niet meer te handhaven. Daarna heeft de overheid een nieuwe wet aangenomen die vooraf zekerheid moet geven over betaling van loonheffing; de wet DBA (Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties). Deze wet zorgt echter voor paniek onder vooral opdrachtgevers, omdat ze nu niet vooraf duidelijk genoeg krijgen of ze een ondernemer inhuren of dat ze iemand als schijnzelfstandige aannemen en dus later alsnog moeten opdraaien voor o.a. de werknemersverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet.

Toenmalig minister Koolmees bevroor de wet DBA al in 2017. De wet is er nog wel, maar er wordt niet meer op gecontroleerd of beboet, tenzij mensen bewust de wet overtreden. De minister wilde in 2020 met een nieuwe wet komen, maar de plannen voor de nieuwe wet waren niet zoals ZZP Nederland en tal van andere organisaties ze graag zou zien, daarom is er nog steeds geen vervangende wet voor de Wet DBA.

Vanaf 2025 zal weer op de Wet DBA worden gecontroleerd. Inmiddels zijn wij betrokken in gesprekken over hoe de controle dan gaat en waar de controle precies over gaat, hoe het in de praktijk gaat uitpakken is nog maar de vraag.

Op deze pagina